Wandelroute 12. Drogeham - Kootstertille

Afstand: 3,2 km
Duur: 0,7 uur
Ondergrond: De hele route loopt over verharde wegen. km
Honden: Op openbaar terrein zijn honden toegestaan.
Geopend: januari t/m december

Bijzondere historische informatie
Even buiten Drogeham lag ooit het Buweklooster. Dit klooster is genoemd naar Buwe Harkema die het in 1242 liet bouwen. De bewoners van het praemonstratenzer vrouwenklooster hielden zich behalve met geestelijke zaken ook bezig met landbouw en later met de vervening van het gebied. In 1522 sloot het klooster een overeenkomst met Tjaard van Burmania, lid van Frieslands hoogste rechtscollege, om een vaart te graven waarvan beide voor de turfwinning gebruik konden maken. Het klooster is waarschijnlijk al tijdens de Tachtigjarige Oorlog verwoest.

Drogeham
Drogeham is het oudste dorp van Achtkarspelen. De naam verwijst naar zijn ligging. Ham betekent een hoek aangeslibt land. Over het ontstaan van Drogeham bestaat een volksverhaal. In de buurt van Drachten zou een reuzengezin hebben gewoond, waarvan de kinderen graag in de duinen van de Waddeneilanden speelden. Voor reuzenbenen een te overziene afstand. Op een goede dag zou de moeder van het gezin haar dochter naar Schiermonnikoog hebben gestuurd omdat ze wit zand nodig had om haar straat te schrobben. Het kind vergat al spelend de tijd. Toen ze zag dat de zon onderging, schepte ze snel haar schort vol zand en haastte zich terug naar huis. Op de terugweg brak haar schortband en verloor ze de helft van het mooie zand. Een deel schepte ze terug, een deel bleef achter. Daarop werd Drogeham gebouwd.

Landschapskarakteristiek:
De route loopt door een typerend landschappelijk karakter, de Wouden; met knus lommerrijk bladergroen. Tussen Eastermar en Drogeham ziet u de bijzondere houtwallen. De houtwallen bevinden zich op gronden boven het maaiveld en dienen als veekering. De beplanting in de houtwallen bestaat veelal uit eiken en berken. Het dorp Drogeham heeft nog steeds een agrarisch dorpsaard.

Begin- en eindpunt
De route begint bij de locatie van het voormalige Buweklooster aan de Rysloane. U wandelt via Drogeham en langs het Prinses Margrietkanaal naar Kootstertille.

Het Buweklooster
Even buiten Drogeham, richting Augustinusga en met enige moeite zichtbaar vanaf de Rysloane naar Harmeka, ziet u een kerhof, een klokkestoel en enkele aanzienlijke boerenplaatsen Zij vormen de herinnering aan het klooster dat hier in 1242 door Buwe Harkema werd gesticht. Buwe, ook wel Bouwe of Bovo, had op zijn landgoed een kapel laten bouwen. Toen hij hoorde dat zijn broeder en streekgenoot Gerke zijn kapitaal investeerde in een Cisterciënserklooster, inclusief land, abt en monniken, wilde hij niet achterblijven. Buwe stichtte een klooster voor praemonstratenzer nonnen op ‘zijn erfdeel’. Mogelijk profiteerde hij er hierbij van dat de stichter van Gerkesklooster zijn aanvankelijke beschermers, de premonstratenzers, de deur had gewezen, ten gunste van de cisterciënzers.

Van het Buweklooster is weinig bekend. Wel weten we dat het een goede naam had. In 1290 telde het 170 bewoners. Behalve met geestelijke zaken hielden zij de nonnen zich ook bezig met landbouw en de vervening. De heide tussen de Mûntsegroppe en de Quakkenburgsgreppel behoorde bij het klooster. Er werden grote stukken land in cultuurgebracht als bouwland en weide. Uit het hoogveen werd turf gewonnen. In de 16de eeuw steeg de vraag naar deze brandstof. In 1580 sloten de Staten van Friesland het klooster. Tijdens een verkoping op 29 maart 1580 werd alle huisraad en andere roerende zaken verkocht. De bewoners van het klooster kregen geld voor kleren en een pensioen. Het klooster zelf is waarschijnlijk tijdens de tachtigjarige oorlog verwoest.

Drogeham
Drogeham is het oudste dorp van de gemeente Achtkarspelen. Het is waarschijnlijk in de dertiende eeuw ontstaan als kerkdorp en dank zijn naam aan de ligging. Ham betekent een hoek aangeslibt land. Drogeham is een echt landbouwdorp. Het dorp kent een lange agrarische traditie. Zelfs uit de streekverhalen spreekt het nuchtere boerenverstand van de dorpelingen. Zoals in de verschillende vertellingen over nachtmerries die in de omgeving van Drogeham de ronde deden. Omdat een nachtmerrie niks mocht meenemen uit het huis van degene die zij lastig viel, strooiden de boeren bloem rond hun bed. Dat bleef aan de nachtmerrie plakken, waardoor zij niet meer weg kon komen.



De Hervormde kerk in Drogeham

Kootstertille
Ook Kootstertille was van oorsprong een boerendorp. Kooten is afgeleid van Cotum dat weer komt van keuterboeren, ofwel ‘de koters’. In 1571 gaf de Spaanse officier Caspar di Robles opdracht tot het graven van het Kolonelsdiep, dat later is opgegaan in het Prinses Margrietkanaal. Het kanaal maakte Kooten tot een geliefde vestigingsplaats. Vooral rond de hoge brug, Tille in het Fries, groeide het aantal woningen. Rond de eeuwwisseling ontstond hier ook een pril begin van industrialisatie. Eind jaren ’30 werd het kanaal om het dorp geleid, waardoor in de vorm van een doodlopende arm een haven ontstond, waarvan diverse bedrijven gebruik maakten. Dit had tot gevolg dat De Tille het dorp Kooten ging overvleugelen. In 1959 ging de dorspnaam Kooten op in Kootstertille.